Als recycling in de Verenigde Staten niet mogelijk is en de maximale opslagcapaciteit is bereikt, dan verbrandt de Chemours-fabriek in Dordrecht het afval dat nu op het eigen terrein wordt bewaard. Dat laat een woordvoerder weten in een reactie op het stilleggen van het transport van afvalwater van Dordrecht naar Fayetteville, waar de Amerikaanse vestiging van Chemours staat.

"Als we geen opslagcapaciteit meer hebben, is vernietiging van het afvalwater door verbranding het alternatief voor recycling van de hulpstof voor hergebruik. Wij zijn ervan overtuigd dat de verwerking in onze zusterfabriek in de VS vanuit milieuoogpunt een betere beslissing is, omdat de hulpstof hierdoor vele malen kan worden hergebruikt", zegt de woordvoerder.

In Fayetteville (North Carolina) kan een stof die wordt gebruikt in het productieproces uit het water worden gefilterd, met als doel om het keer op keer te kunnen hergebruiken in Dordrecht. Chemours kreeg in eerste instantie van de Amerikaanse autoriteiten toestemming voor dat scheepstransport, maar na protest van omwonenden van de fabriek in de VS is die vergunning tijdelijk ingetrokken. Chemours slaat het afvalwater met daarin HFPO-DA, dat door het RIVM onder de zeer zorgwekkende PFAS-stoffen wordt geschaard, voorlopig op in Dordrecht.