Op de avond van 5 juli 1882 verging de marine boot rammonitor Zr.Ms.Adder op slechts 4,5 mijl voor de kust van Scheveningen ter hoogte van de vuurtoren. Alle 65 opvarenden verdronken.
Het is daarmee tot op heden de grootste ramp bij de Koninklijke marine in vredestijd. Een deel van de opvarenden vond een laatste rustplaats in een massagraf op de begraafplaats Huisduinen in Den Helder. Hier herinnert een monument aan de ramp. Een groot aantal opvarenden is nooit gevonden.
Het is niet uitgesloten dat zich nog stoffelijke resten bevinden in de romp van het schip. Het schip kwam op ongeveer 21 meter diepte ondersteboven op de zeebodem terecht en ligt gedeeltelijk verzonken in het zand. De ramp leidde tot de oprichting van de huidige Koninklijke Vereniging van Marine Officieren (KVMO) in 1883 en tot de instelling van de voorganger van de huidige Kustwacht in 1885.Op Scheveningen wordt een maal per 5 jaar een ceremoniële herdenking gehouden. Op de Algemene begraafplaats (Oude) te Voorburg bevindt zich het graf van luitenant ter zee der 2e klasse E. van Voorthuijsen die bij de ramp van de “Adder” is omgekomen.
Op initiatief van Stichting Mooi Voorburg is er een bordje naast dit bijzondere graf geplaatst. Burgemeester Martijn Vroom onthulde dit samen met mevrouw P.H.Teutenberg-van Voorthuijsen, achternicht van de omgekomen Evert van Voorthuijsen.
Bij de bijzondere bijeenkomst waren ook vertegenwoordigers van de Stichting Gedenkteken Zr.Ms.Adder, de Koninklijke Vereniging van Marineofficieren, het VeteranenCafe, het ZeeKadettenKorps uit DenHaag en de Stichting Erfgoed Prinses Marianne aanwezig.