De huidige energiecrisis raakt niet alleen individuele burgers met soms aanzienlijk hogere energierekeningen voor elektriciteit en gas, of met hogere brandstofprijzen aan de pomp. Op dit moment is de onzekerheid over de hoogte en de effecten van wat de ‘energiecrisis’ en ‘energiearmoede’ wordt genoemd groot. Terecht zet het Kabinet in op maatregelen om burgers hierin tegemoet te komen.
Naast inwoners en bedrijven treffen beide crises ook in versterkte mate onze wijk-, sport-, muziek-, cultuur- en kunstverenigingen en vele (sociale en welzijns-) organisaties (met eigen behuizing) die actief zijn in het maatschappelijk middenveld. Zij ontvangen en ontvingen inmiddels (vernieuwde) energiecontracten met onmogelijk hoge tarieven die het draagvermogen ver overstijgen.
De CDA-fractie in Leidschendam-Voorburg vraagt zich daarom af of er mogelijkheden zijn om onze wijk-, sport-, muziek-, cultuur- en kunstverenigingen en vele (sociale en welzijns-) organisaties (met eigen behuizing) die actief zijn in het maatschappelijk middenveld te helpen met de bizar gestegen kosten voor warmte en elektriciteit.
“Het moet toch mogelijk zijn te voorkomen dat verenigingen moeten sluiten, leden enorme verhogingen krijgen van de contributie, en afhaken of dat het sociaal-maatschappelijke weefsel van onze gemeente instort. De gemeente Den Haag heeft aangegeven met vouchers aan de slag te gaan. Of dat het leed verlicht is nog onduidelijk maar het is zeker een eerste gebaar”, aldus CDA-raadslid Diederik Visser.
Vandaar dat de CDA-fractie in Leidschendam-Voorburg de volgende vragen heeft gesteld aan het College van Burgemeester en Wethouders:
1. Is het college bekend met de onderscheiden (energie)kostenstijgingen van de verenigingen?
2. Heeft het college een inventaris gemaakt van verenigingen, hun energiebehoefte en de omvang van het (financiële) probleem die deze verenigingen ondervinden?
3. Is het college daarover in gesprek met deze verenigingen?
4. Is het College het eens met de essentiële sociale functie van deze verenigingen en is het College het eens met het CDA dat daarom ondersteuning essentieel is.
5. Is het College het eens dat, gezien de huidige ‘crisisproblematiek’ het niet opportuun is om de extra lasten van deze verenigingen te laten dragen door de eigen leden?
- Zo nee, kan het College dan aangeven wat hiervoor de afwegingen zijn.
6. Is het College het met het CDA eens dat het noodzakelijk is voor deze verenigingen een voorziening te treffen om dit ‘energieleed’ te ondervangen?
7. Is het College bereid deze verenigingen daarin tegemoet te komen?
a. Door het verlagen van huren? Dan/wel
b. Door het verhogen van subsidies? Dan/wel
c. Door middel van gerichte bijdrage in energiekosten? Dan/wel
d. Door versnelde vormen van bijdragen aan verbetering isolatievoorzieningen
1. Financieel?
2. Materieel?
3. Of een combinatie van beiden
8. Wil het College de Raad, en in ieder geval voor het einde van 2022, informeren over de mate van aanpak en het plan dat het College, in samenspraak met deze verenigingen, hiervoor opstelt.
9. Of is het wellicht mogelijk voor het College om de Raad reeds hierover te informeren bij de behandeling van het toegezegde plan ‘noodhulpverlening’ voor begin november.