De gang van zaken rond ondernemer Omar Munie laat de Haagse gemeenteraad voorlopig niet los. Werden al er eerder vragen gesteld mede op basis van berichten in de media (Follow the Money, NRC, Volkskrant, AD), dit keer is een publicatie over de Dreamfactory van Munie aanleiding tot raadsvragen aan het college.

In het artikel in de Volkskrant over de ondernemer en zijn re-integratietraject, wordt melding gemaakt van het geregeld niet of te laat betalen van de salarissen van de statushouders. Zij zouden in sommige gevallen ook zonder contract werken, en de zakenman zou geen pensioenpremies betalen. 

In het bericht komt (anoniem) een ambtenaar van de gemeente aan het woord die statushouders naar werk begeleidt. Zij/hij zegt de misstanden bij de Dreamfactory binnen de gemeente te hebben aangekaart.

Die opsomming van mogelijke misstanden is voor de raadsleden Arp (SP) en Sluijs (Hart voor Den Haag) aanleiding andermaal vragen te stellen aan het college. Zeker, zoals zij aangeven, omdat op 8 april de raad weer praat over verkoop van het pand ‘De Rijnstroom’ (Noordeinde 64) aan Munie, die het vervolgens weer doorverkocht. Bij de verkoop aan de ondernemer speelde de gemeente een rol.

De beide raadsleden willen van het college weten of (en zo ja hoeveel) de Dreamfactory subsidie kreeg van de gemeente voor het bieden werk van aan statushouders. Hoeveel mensen zijn er vanuit de Dienst SZW doorverwezen naar het project, vragen zij zich ook af. Heeft het college van te voren onderzoek gedaan op de werkvloer voordat het overging tot het plaatsen van re-integreerders en statushouders, willen beiden ook weten.

Hoe is de besteding van deze subsidiebedragen gecontroleerd, vragen Arp en Sluijs zich af. En zijn er vanuit de ambtenarij signalen binnengekomen over misstanden bij de Dreamfactory? De beide raadsleden vragen het college als slot of het bereid is al hun vragen minstens drie dagen voor de commissievergadering te beantwoorden.