De raadsleden Robert Barker en Robin Smit van de Partij voor de Dieren hebben de gemeente verzocht te onderzoeken of zij het verkopen van echt en nepbont en levende schaaldieren op de markt kan verbieden. Een motie hiertoe is op de raadsvergadering van 16 december aangenomen. Volgens de partij gaat productie van bont en het verhandelen van levenden kreeften en krabben met veel dierenleed gepaard.

De raadsleden voeren aan dat de consument op de markt niet het verschil kan zien tussen nep- en echt bont en dus zou de hele bontverkoop aan banden moeten worden gelegd. Barker en Smit wijzen er op dat de gemeente Amsterdam een inspraakprocedure is gestart om dergelijke maatregelen in te voeren.

Juridisch twijfelachtig

Ondanks dat het bestuurscollege het altijd onwenselijk vindt dat dieren onnodig lijden, denkt zij dat het juridisch twijfelachtig is of zij die verkoop wel mág verbieden. Daarom wil het gemeentebestuur eerst de ontwikkelingen in Amsterdam afwachten. Volgens de gemeente is er wel een kans dat er maatregelen mogelijk zijn, want ‘de mogelijkheid voor dieren om hun natuurlijk gedrag te kunnen vertonen is per wet verplicht. Daarnaast kan het aanzicht van levende kreeften en krabben die onder erbarmelijke omstandigheden gehouden worden aanstootgevend zijn.’

Twee jaar geleden heeft de Partij voor de Dieren ook tevergeefs aangedrongen op een verbod van handel in levende krabben en kreeften.