Van de 1239 mensen die meededen aan het STiP-project (Sociaal Traject in Perspectief), slaagt 55 procent erin om binnen zes maanden na het eind ervan een reguliere baan te vinden. Ongeveer één derde valt terug op een uitkeringssituatie en slechts 13% valt vroegtijdig uit.

Dat staat in de evaluatie naar de STiP-regeling die is uitgevoerd door onderzoeksbureau Regioplan en die woensdag door het college naar de raad is gestuurd.

Van de 681 mensen die een reguliere baan hebben gevonden, is 30 procent in dienst genomen door de STiP-werkgever. Wethouder Bert van Alphen spreekt dan ook van positieve resultaten. "Die motiveren mij om deze aanpak voort te zetten, zodat wij meer mensen toekomstperspectief kunnen bieden. Het is niet bedoeld om mensen tijdelijk bezig te houden met een gesubsidieerde baan, maar we willen ervoor zorgen dat mensen met afstand tot de arbeidsmarkt mee kunnen doen aan de maatschappij en doorstromen naar een reguliere baan."

Deelnemers aan een STiP-traject krijgen een arbeidsovereenkomst, ontvangen salaris en krijgen begeleiding van medewerkers van Den Haag Werkt met als doel ze meer zelfvertrouwen te geven en hun arbeidsmarktkansen te verbeteren. "Mensen die heel lang niet hebben deelgenomen aan het arbeidsproces zijn vaak nog niet in staat van de ene op de andere dag weer ‘gewoon' aan het werk te gaan", aldus Van Alphen. Hij vindt dat er een gezamenlijke verantwoordelijkheid is om mensen weer mee te laten doen. Een belangrijke eerste stap daarbij is dat zij de kans krijgen werkervaring op te doen bij een werkgever.

Regioplan adviseert de gemeente te investeren in een uniforme aanpak van de werkbegeleiders, transparanter zijn over scholingsmogelijkheden en deelnemers eerder te bemiddelen naar regulier werk bij een werkgever. Van Alphen laat weten de verbeterpunten te gaan implementeren in de regeling en de gemeentelijke dienstverlening.