De gemeente Leidschendam-Voorburg heeft nog steeds twee fondsen, waarvan er één een noodfonds is.

"Dat was vijf miljoen om de erge klappen van de (corona)maatregelen op te vangen", aldus wethouder Philip van Veller. "Die maatregelen, zoals anderhalve meter afstand van elkaar, zijn er niet meer. Dit noodfonds bestaat nog wel, want de cultuursector dient te worden gesteund. Er komen bijvoorbeeld mensen in een theater met een voucher die men nog had uit de corona-periode. Dit zijn geen inkomsten, maar we moeten wel kritisch opletten dat dit noodfonds zo langzamerhand wordt afgesloten". 

Vervolgens is er een herstelfonds gemaakt waarin tien miljoen zit. Philip van Veller: "Hier wordt bijvoorbeeld de vernieuwing van de Julianabaan uit betaald. Sommige ondernemers hebben een grote klap gekregen, omdat er een ander winkelpatroon is ontstaan. Mensen bestellen meer online. Je moet zodoende kijken naar een beter en compacter winkelcentrum voor de toekomst".

"Het herstelfonds betaalt hier een gedeelte van als we kijken naar de toekomst. Kortom, in facilitair opzicht beschouwd. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor het Huygenskwartier waar een Vereniging van Eigenaren en een Vereniging van Huurders gaat komen”.