Ongeveer 199.080 uren aan onderwijservaring zitten op een zonnige middag in juli op een houten picknickbank op de binnenplaats van het St-Maartenscollege. Gusta ten Bosch (64, biologie), Annelies Kort (63, handvaardigheid) en Adri Toet (67, aardrijkskunde) blikken tijdens een broodje terug op hun onderwijscarrière op het Maartens, die begon voor hen in de jaren tachtig.
Er wordt gemijmerd over de carrière-tafel waar de classici en neerlandici neerkeken op de rest van het onderwijzend personeel. Adri: ,,Collega’s met groot gevoel voor eigenwaarde, lastig om daartussen te komen.’’ Nu is dat anders. De collegiale verhoudingen zijn egalitair. ,,Het verschil tussen eerste, tweede en derdegraads docent is er niet meer’’, constateert Gusta. ,,En dat is winst’’, vindt Adri. ,,Vroeger was de omgang met collega’s wel intensiever. Voor een deel zelfs een vriendenclub. We kwamen op elkaars verjaardagen en hielpen elkaar met verhuizingen. Ik was vaak van de partij omdat ik – met gemak – een wasmachine op mijn rug nam.’’
In hun beginjaren was de sfeer op het Maartens ‘bourgondisch’. In november werd ieder jaar de beaujolais primeur gedronken. Veel drank vloeide er op school, zelfs bij rapportvergaderingen werd gedronken. Gusta: ,,Eigenlijk werd er iedere dag wel bier geconsumeerd.’’ Zelf beviel ze van haar zoon Thijs op een kraambed dat was verhoogd met bierkratjes waarvan de flesjes (Brand) waren geleegd op het Maartens. Bij rector Mies Terstroet, docent klassieke talen, lag de jeneverfles in de la. Iedere vrijdag dronk de staf een borreltje.
,,De sfeer was gezellig en er ontstonden ook vaak goede ideeën tijdens de borrel’’, zegt Annelies. Spotlight bijvoorbeeld en de Personeelswendag. Ze is ook de oprichtster van de ‘Meer Leuke Dingen Doe Club’. Dit zeer selecte clubje van zes dames is opgericht om als een tegenkracht te dienen voor het ,,gezeur van collega’s tijdens de pauzes op de leerlingen’’. Volgens haar kan de ,,klas eenzaam zijn en daarom moet je als personeel juist positief en actief samen zijn.’’ Startende docent werden minder goed begeleid dan nu. Gusta: ,,Je kreeg een sleutel en een doos met krijtjes en je zocht het maar uit.’’
Annelies vertelt dat er allerlei initiatieven kwamen om startende docenten meer te ondersteunen. Alcohol inspireerde ,,totdat collega’s geen maat meer konden houden en de schoolleiding – tot woede van het personeel – binnen de schoolmuren de drank in de ban deed’’, vertelt Gusta. Op het moment dat docenten met fietskettingen om de nek de orde moesten bewaken bij bovenbouwfeesten, kwam er ook een einde aan de soos waarbij leerlingen èn docenten onder het genot van een biertje op vrijdagavond de schoolweek afsloten.
Later volgde het roken. ,,Als ik terugdenk aan die tijd denk ik vooral aan de asbak van Leo Pfeijffer [de vader van schrijver Ilja Leonard]’’, vertelt Gusta. Als leerling van het Maartens volgde ze zijn lessen Nederlands. ,,Wanneer de klas druk was, tikte hij met die asbak op de tafel. Hij was een fervent kettingroker en rookte zelfs voor de klas. Dat was niet ongebruikelijk in die tijd. Hij heeft mij de interesse voor literatuur bijgebracht.’’
En status, dat hadden ze de docent van vroeger. De burgemeester, de dominee, de docent. CDA-minister Wim Deetman van Onderwijs maakte daar met zijn HOS-nota uit 1985 (Herziening van de onderwijssalarisstructuur) een einde aan. De salarisschalen – met name van nieuwe universitair opgeleide, eerstegraads bevoegde VO-leraren – werden fors verlaagd. ,,Deetman zorgde voor een revolutie’’, zegt Adri. ,,Sindsdien wordt het leraarschap ondergewaardeerd, zowel qua salaris als qua status.’’ Als Gusta aan de tijd terugdenkt zegt ze ,,de jaren tachtig, ja, ik schaamde me toen om er voor uit te komen dat ik docent was’’.
En dan de leerling? Is er veel verschil tussen de leerling die opgroeide met de muziek van Abba en Spargo en sporthelden Björn Borg en Joop Zoetemelk en de leerling die dweept met Snoop Dogg, Boef, Memphis Depay. ,,Pittiger’’ waren de leerlingen, zegt Adri. ,,En vaak was de band persoonlijker, er waren geen mobieltjes …’’ De leerlingen waren ,,opener, en zeker net zo brutaal als nu’’. Gusta ziet geen verschil ,,je groeit mee’’ en ,,vet haar, pukkels in het gezicht, pubers blijven pubers’’. Volgens Annelies zijn de leerlingen nu wel mondiger en worden ze – met name door de ouders – meer ,,gepamperd’’. ,,Ze hebben niet geleerd om te vallen en weer op te staan.’’ De druk van buitenaf is groter, de eisen liggen hoger en ook sociale media trekken hun wissel. Annelies: ,,Er zijn meer verleidingen, Netflix, sociale media.’’
In het verlengde zijn de ouders veeleisender geworden – Adri: ,,de lat ligt hoger, je mag niet falen’’ - en schromen niet om via de mail op te komen voor de belangen van hun kind. Gusta: ,,Ouders zitten er meer bovenop.’’
Is de ambitie van de beginnende docent die ze veertig jaar geleden waren uitgekomen? ,,De eerste drie jaar was het overleven’’, zegt Adri. ,,Ik wilde eigenlijk geen docent worden en vond mijn lessen niet goed gaan. Ik was dag en nacht met school bezig. Nu vind ik het een gezellige baan, het is een manier van leven.’’ Gusta vindt het jammer dat de status is afgebrokkeld. ,,Als docent vervul je een belangrijke functie in het leven van een kind. Vroeger werd dat meer gezien dan nu.’’ Annelies is nog steeds de gepassioneerde docent van vroeger. ,,Ik vind het leuker geworden, vroeger haalden de leerlingen je nog wel eens onderuit. Toen waren de lessen minder goed voorbereid, tegenwoordig zijn de lessen beter".
:Wij kunnen meer aan de orde brengen tijdens een les. In de eerste jaren konden we ons inschrijven voor een mobiele TV, daarna kreeg elk lokaal een TV en nu halen we de hele wereld binnen met behulp van internet, computer en de beamer.’’
Het onderwijs, vinden de drie, veel voldoening, weinig geld. Annelies: ,,Ik zeg altijd ‘ik doe geen vrijwilligerswerk. Ik zit in het onderwijs.’’ Het onderwijs, het Maartens, heeft veel bijgedragen aan hun persoonlijke ontwikkeling. Gusta: ,,Wij drieën voelden ons niet alleen docent maar wilden ons, naast het lesgeven, ook verder ontwikkelen. Het Maartens gaf ons toen - en nog steeds - deze mogelijkheid. Zo hebben wij binnen de school vele functies en taken kunnen doen: MILS coach, docenten coach, decaan havo en mavo, coördinator tweetalig vwo en de organisatie & begeleiding van uitwisselingsprojecten met buitenlandse scholen en vele andere schoolreizen. Een verrijking.’’
Cees Banning & Menno Visser