Ingezonden: 'Ophef rond plek containers Rietvink'

7 August 2020, 16:12 uur
Algemeen
mainImage

Op de Vang in Leidschendam hadden we tot ieders  tevredenheid 23 jaar een opstelplaats voor minicontainers. Na de ophoging van onze wijk 'De Rietvink" greep een inwoonster de kans hier verandering in te brengen.

Onze containers werden door haar voor lediging telkens bij andere opstelplaatsen gezet. Het was steeds zoeken waar ze waren. Parallel belde ze Avalex dat onze opstelplaats voortaan kon vervallen. Later gaf deze Avalex-medewerker mij aan dat zij hierin meegegaan waren, omdat ze ervan uitgingen dat er draagvlak in de buurt voor was. Na haar melding overlast ook bij de afd. Handhaving was de opheffing opstelplaats een feit zonder berichtgeving.

Degenen die toch de minicontainers aanboden kregen bezoek van de handhavers om te verbaliseren. Op de vraag op welke basis dit zou gebeuren, bleef het antwoord steken dat ze dit niet wisten. Er was immers geen besluit tot opheffing genomen door de gemeente. Alleen informeel. We hebben deze huisbezoeken  als intimiderend ervaren. Later werd er alsnog een besluit in mandaat genomen. Na bezwaar te hebben gemaakt werden we door de bezwarencommissie en het college van b. en w. in het gelijkgesteld. Hiertegen ging de initiatiefneemster rechtstreeks  in beroep bij de Raad van State, omdat ze niet in de gelegenheid was gesteld aanwezig te zijn bij de hoorzitting vd bezwarencommissie.

Raad van State stelde haar in het gelijk en het besluit werd vernietigd. Weer ging gemeente handhaven, terwijl nieuwe besluitvorming nog moest plaatsvinden. Gemeente nam nu toch besluit en haaks op haar eerdere tot opheffing van de minicontainerplaats en weer op andere gronden. Daarna voorlopige voorziening bij raad van state aangevraagd en dit werd afgewezen ten gunste van initiatiefneemster. Komt nu na een jaar in 3e kwartaal 2020 eindelijk weer op zitting bij Raad van State. Gemeente is zo onsportief om gedurende nu al twee jaar en hangende de uitkomst van de procedure de opstelplaats toch te beëindigen.

Fout op fout maakte de afdeling handhaving en vergunningverlening in dit dossier en ze komen er mee weg. De procesvertegenwoordigster van de gemeente antwoordde de staatsraad dat het gehele verloop inderdaad niet de schoonheidsprijs verdiende. 

Conclusie: medewerkers mogen in mandaat op laag functieniveau bijna alles regelen en zelfs een dag voor de zitting alsnog een achteraf door de wel verantwoordelijke leidinggevende machtiging overleggen. Het aantal andere blunders - zoals niet publiceren van besluit - zullen we maar niet noemen. Kortom, de bezem door de huidige directie van deze gemeente. 

Naam en afzender bij de redactie bekend.